Steven Kruijswijk heeft de afgelopen twee dagen van de Giro d’Italia tekenen van herstel getoond. In de aankomst bergop aankomst naar Oropa kwam de kopman van Lotto-Jumbo zaterdag op 46 tellen van winnaar Tom Dumoulin als negende boven. Gisteren handhaafde hij zich in een hectische finale in de elitegroep "Als je twee dagen na elkaar er goed bij zit, geeft dat vertrouwen voor wat er nog gaat komen. Het gaat loodzwaar worden. Nu gaat het niet meer om secondes, zoals gisteren en vandaag. Vanaf dit moment zijn het dagen waarin minuten kunnen gaan tellen”, aldus Kruijswijk, die door de snoeiharde valpartij van Tanel Kangert - die na een frontale botsing met een verkeersbord moest opgeven - van plek 11 naar de tiende plaats in het algemeen klassement steeg.   Kruijswijk wil eigenlijk zijn val in de Ronde van Yorkshire niet als reden opgeven voor zijn moeizame start. Al wist hij achter de finish in Bergamo wel degelijk dat die hem eigenlijk wel parten had gespeeld. "En dan had ik ook nog die val aan de voet van de Etna. Ik zeg niet dat het daar allemaal aan ligt. Maar dat zijn misschien wel net die procentjes die je mist. Dat kun je niet gebruiken in een grote ronde. Hopelijk ben ik nu weer honderd procent fit.” De 29-jarige Limburger liet in het bijzijn van zijn vriendin en zoontje weten dat hij het podium nog niet helemaal uit zijn hoofd heeft gezet. "Het wordt heel moeilijk.” Het verschil met de als derde geplaatste Thibaut Pinot bedraagt 3.42 minuten. "We blijven dromen. De mannen die voor me staan, zijn allemaal heel sterk en ik sta behoorlijk wat achter. Maar vorig jaar hebben we gezien wat er allemaal in de laatste week kan gebeuren”, doelde hij op zijn eigen val, waarmee Kruijswijk de eindzege verspeelde. "Ik zal er in ieder geval voor blijven vechten.”  

---